Wat is een alcoholverslaving in het kort?
- Een alcoholverslaving kenmerkt zich door een onbedwingbare behoefte aan alcohol en een patroon van problematisch drinkgedrag.
- Het lukt je niet te stoppen met drinken of je krijgt ontwenningsverschijnselen als je geen alcohol drinkt.
- Een alcoholverslaving wordt ook wel stoornis in alcoholgebruik genoemd.
- Een alcoholverslaving verandert hersencircuits blijvend, waardoor je blijvend hunkert naar alcohol.
- Tussen de 100.000 en 350.000 mensen zijn in Nederland verslaafd aan alcohol. Bijna 1 op de 10 volwassenen is een zware drinker. Voor mannen is dit meer dan 21 glazen per week, voor vrouwen is dit meer dan 14 glazen per week.
Wat is een alcoholverslaving?
Een alcoholverslaving kenmerkt zich door een onbedwingbare behoefte aan alcohol en een patroon van problematisch drinkgedrag. Alcohol drinken is een ingebakken gewoonte in onze cultuur. Veel mensen doen het. Op een feestje om te ontspannen, ’s avonds thuis om even niet teveel na te denken, of op een verjaardag – gewoon omdat het ‘erbij hoort’. Zo gaat dat: in Nederland en op heel veel andere plekken in de wereld. Toch is veel alcohol drinken ongezond en kan het leiden tot alcoholmisbruik of een alcoholverslaving. Een alcoholverslaving wordt ook wel stoornis in alcoholgebruik genoemd.
Een stoornis is iets anders dan ‘teveel drinken’. Soms is de grens moeilijk te trekken. Zo zijn er een aantal symptomen die er op kunnen wijzen dat je gebruik niet meer ‘normaal’ is. Denk aan het niet nakomen van je verplichtingen, en rijden onder invloed. Als je alcoholgebruik in de weg zit van school of werk, is dat ook reden tot zorg. Net als een aanhoudend sterk verlangen naar alcohol. Wil je minder drinken maar lukt het niet? Ook dat kan een teken van een alcoholprobleem zijn. Ook als je niet voldoet aan de kernmerken van een stoornis in alcoholgebruik, kan je alcoholgebruik nadelige effecten hebben.
Het drinken van meer dan één alcoholische consumptie per dag kan nadelige lichamelijke effecten hebben. Hoeveel is één alcoholische consumptie? Hou de volgende hoeveelheden in gedachten:
- 1 glas bier (25cl, 5% alcoholpercentage);
- 1 glas wijn (10 cl, 12,5% alcoholpercentage);
- 1 glaasje sterke drank (3,5 cl, 30% alcoholpercentage).
Je ziet aan de glazen: hoe hoger het alcoholpercentage, hoe kleiner het glas. Elk glas wordt gerekend als één, ongeacht de grootte van het glas. Het is niet zo dat drie ‘shotjes’ gelijk staan aan één biertje.
Volgens de huidige stand van de wetenschap kun je in principe zeven glazen of glaasjes alcohol per week drinken, zonder veel gezondheidsrisico’s te lopen. Dat betekent niet dat je zes dagen niks kunt drinken en dan in één keer zeven glazen. Het drinken van meer dan één glas per dag heeft geen positieve effecten. Het is verder aan te raden om twee dagen per week geen alcohol te drinken. Dit voorkomt gewenning. Veel mensen drinken echter meer dan één glas per dag. Bijna 10% van de volwassenen drinkt overmatig. Bij vrouwen is meer dan 14 glazen per week, bij mannen is dit meer dan 21 glazen per week. Het drinken van grote hoeveelheden kan extra schadelijke effecten voor je hebben, en verslechterd je inschattingsvermogen en rijvaardigheid. Alcohol is verantwoordelijk voor bijna 55% van de ongevallen met dodelijke afloop.
Als je alcohol drinkt tijdens een zwangerschap neemt de kans op een miskraam of een te vroeg geboren kindje toe. Daarnaast kan de mentale ontwikkeling van het kindje beïnvloed worden (geheugen, intelligentie). Het verstandigste is dus om niet te drinken tijdens je zwangerschap. Hoe meer je drinkt, hoe groter de risico’s. Sommige baby’s van moeders met een alcoholverslaving worden geboren met het Foetaal Alcohol Syndroom. Dit syndroom geeft ernstige ontwikkelingsachterstanden.
Wat zijn symptomen van een alcoholverslaving?
Als je alcoholgebruik voor problemen zorgt en je voldoet aan twee of meer van onderstaande kenmerken, dan is de kans aanwezig dat je een stoornis in alcoholgebruik hebt. Denk aan je situatie in het afgelopen jaar:
- Je drinkt vaak meer dan je van plan was of je drinkt vaak langer door dan je van plan was.
- Je wilt minderen of het drinken van alcohol onder controle houden maar dit lukt niet.
- Het kost veel tijd om alcohol te kopen, te drinken of te herstellen van het gebruik (kater).
- Je verlangt soms/vaak/steeds naar alcohol. Als je bijvoorbeeld op de bank tv kijkt, moet je steeds denken aan drank: “Zal ik er één nemen?”
- Als gevolg van je alcoholgebruik kun je verplichtingen niet nakomen (op school, op je werk of thuis). Je maakt je huiswerk niet, je meldt je ziek of je laat klusjes in huis links liggen.
- Door je alcoholgebruik heb je sociale problemen. Je bent bijvoorbeeld werkloos, je hebt een conflict met een instantie of je hebt de ruzie met de buurman.
- Door je alcoholgebruik heb je belangrijke activiteiten moeten opgeven (bijvoorbeeld: werk, squashen bij een vereniging of je wekelijkse bingo-avond).
- Je gebruikt alcohol in situaties waarin dit gevaarlijk is (in het verkeer, tijdens het besturen van een machine op je werk).
- Je weet dat alcohol een lichamelijk probleem van je zal verergeren. Je arts heeft bijvoorbeeld vertelt dat je een leveraandoening hebt. Toch drink je door. Of een psychisch probleem: je arts vertelt dat je geheugen achteruit gaat door de alcohol. Toch drink je door.
- Je merkt niet zoveel meer van de alcohol of je hebt steeds meer nodig om aangeschoten te raken.
- Als je een paar uur of een paar dagen niet drinkt, krijg je ontwenningsverschijnselen.
Hoe ontstaat een alcoholverslaving?
In de hersenen zit een gebied dat gevoelig is voor beloningen (nucleus accumbens). Dit gebied zorgt er voor dat je een beloning ervaart na bepaalde handelingen. Die beloning is een prettig gevoel. Als je bijvoorbeeld eet of een orgasme hebt, ervaar je zo’n beloning. Hierdoor kun je er opnieuw naar gaan verlangen. Dat is handig, want door te eten en je voort te planten, blijft de mens bestaan.
Alcohol drinken is echter niet nuttig voor het overleven van de menselijke soort. Toch zorgt alcohol er óók voor dat het beloningscentrum wordt geprikkeld. Je voelt je prettig na een biertje of wijntje. Daar schuilt echter ook een gevaar. Je hersenen slaan dit prettige gevoel op in het geheugen, en de volgende keer wil je weer alcohol of drugs. Je wilt weer een beloning.
Een ernstige verslaving verandert onderliggende hersencircuits. Deze veranderingen zijn blijvend, ook na het afkicken. Je hersenen blijven hunkeren naar die beloning, naar alcohol. Die hunkering wordt ‘craving’ genoemd. Hierdoor is de kans groter op een terugval in alcoholgebruik. Dit gebeurt eerder wanneer je in de omgeving komt waarin je vaak dronk, bijvoorbeeld een café. Je hersenen ‘herkennen’ de situatie en hunkeren naar hetgeen je in het café altijd deed: alcohol drinken.
Risicofactoren
Er zijn meerdere risicofactoren die van invloed zijn op het ontwikkelen of onderhouden van een alcoholverslaving:
- Genen: 40%-60% van het risico wordt bepaald door genetische invloeden. Mensen met een verslaafde vader of moeder hebben drie tot vier keer grotere kans op een stoornis in alcoholgebruik. Voor een deel is alcoholverslaving dus genetisch bepaald. Dat betekent niet dat je er niks aan kan doen. Wanneer je aanleg hebt voor het ontwikkelen van een alcoholverslaving, is het zaak extra op jezelf te letten, en niet te gaan drinken of slechts in beperkte mate.
- Ook is genetisch bepaald hoe je gevoeligheid is voor alcohol: sommige mensen hebben meer alcohol nodig om hetzelfde effect te krijgen dan anderen.
- Sociaal-culturele factoren. Bijvoorbeeld: mensen uit je omgeving drinken te veel, daardoor ga jij het ook doen.
- Door een verslaving veranderen hersencircuits blijvend, ook na het afkicken. Hierdoor blijft een gevoel van hunkering altijd op de achtergrond, wat het risico op terugval vergroot.
- De aanwezigheid van ontwenningsverschijnselen. Je wilt doorgaan omdat je anders ontwenningsverschijnselen krijgt (misselijkheid, hoofdpijn).
Hoe wordt een alcoholverslaving behandeld?
Stoppen met het gebruiken van alcohol is niet eenvoudig. Zeker niet als je veel en lang hebt gebruikt. Dit komt ook omdat je hersencircuits blijvend zijn veranderd, waardoor het verlangen naar alcohol ook blijvend is. Toch lukt het veel mensen om te stoppen. Een psycholoog kan je motiveren, informeren en helpen om je gedrag te veranderen.
Afhankelijk van de ernst van de verslaving zijn er verschillende behandelingen mogelijk. Veel psychologen gebruiken cognitieve gedragstherapie om mensen met een verslaving te ondersteunen. In deze therapievorm kijkt een psycholoog naar je denkpatronen (cognitie) en gedrag. Wat gebeurt er met je voordat je een biertje neemt? Door inzicht probeer je samen met je psycholoog te veranderen. Er zijn ook intensievere behandelingen, zoals dagbehandelingen of een opnames in een verslavingskliniek. Samen met je psycholoog bepaal je de beste weg naar herstel.
Er kan ook medicatie worden ingezet. Deze medicijnen geven zeer onaangename bijwerkingen als je tóch drinkt: misselijkheid, braken en hoofdpijn. Doordat de medicatie een giftige stof in je lichaam ophoopt, wordt je ziek. De werkzame stof in deze middelen heet disulfiram. Het is bekend onder de namen refusal en antabus. Andere middelen zijn Acamprosaat en Naltrexon, die je verlangen naar alcohol verminderen. Er kunnen ook benzodiazepinen worden ingezet die de ontwenningsverschijnselen van het afkicken verminderen.
Let op: behandeling van deze specifieke problematiek is niet mogelijk bij Psycholoog.nl. We adviseren je om hiervoor contact op te nemen met jouw huisarts.
Wat zijn tips bij een alcoholverslaving?
Tips voor als je wilt stoppen met drinken:
- Schrijf op hoeveel je drinkt en op welke momenten. Zo krijg je inzicht in hoeveel je eigenlijk op een dag drinkt.
- Erken dat je een alcoholprobleem hebt.
- Organiseer een hulplijn. Vraag vrienden of familieleden of je ze mag bellen of appen als je het moeilijk hebt.
- Maak een schema; wat mag je drinken op welke dag? Houd je aan je schema en bouw dit af.
- Vermijd plekken die je verlangen naar drank aanwakkeren.
- Vraag aan vrienden, collega’s en familieleden of ze je geen drankjes meer willen aanbieden.
- Zoek psychologische hulp. De psycholoog kan je eventueel doorverwijzen als een opname nodig is.
Wat zijn tips voor naasten?
- Erken dat je naaste een alcoholprobleem heeft.
- Maak dit bespreekbaar op een moment dat hij/zij nuchter is.
- Houdt de verslaving niet in stand. Bied geen drankjes aan, leen geen geld uit, en accepteer geen gedrag dat de verslaving onderhoudt, zoals liegen.
- Zoek samen hulp.